|
||||||||
|
Dit zijn vier muzikanten uit vier verschillende landen (Polen, Tsjechië, Oekraïne en Hongarije) elk van hen spreekt een andere taal maar met hun muziek bereiken ze toch hun luisteraars via de universele taal van de muziek die door eenieder wordt begrepen. Het betreft hier de Pool Mikolaj Trzaska op saxofoon, de Tsjech Peter Vrba op trompet en elektronica, de Oekraïner Mark Tokar op contrabas en de Hongaar Balázs Pándi op drums. Op dit album zijn het eerste en vierde deel van een reeks opnamen op 26 -27 november 2021 in het Tsjechische Pardubická, eerder verschenen er al drie delen die echter gelimiteerd werden uitgebracht op vinyl. De namen van dit viertal muzikanten mogen dan misschien niet meteen een belletje laten rinkelen maar het zijn wel degelijk vooraanstaande figuren in de geïmproviseerde muziek. Mikolaj Trzaska uit Gdansk is een vooraanstaand figuur in de Poolse geïmproviseerde muziek, wij werkte met de Olesia broers, begeleidde dichters Swietlicki en Andruchowycz. Hij is de leider van het Internationale Volumen trio, het gaat hier om radicale free jazz, hij werkte samen met topfiguren uit deze stroming zoals Peter Brötzmann, Joe McPhee en Ken Vandermark. Peter Vrba is een van de meest actieve experimentele muzikanten in Praag. Hij is de stichter van het Praags Improvisatie Orkest en groepen als Poisonous Frequencies, junk & beast en o.a. ook de psyco-rock band Rouilleux, ook hij beweegt zich voornamelijk in de free jazz. Mark Tokar studeerde klassieke gitaar voordat hij overstapte naar de contrabas. Hij werkte als directeur van het Ukrainian – Polish Jazz Bes Festival en met veel internationale musici uit de free-jazz wereld zoals Ken Vandermark, Bobby Few, Fred Frith e.v.a., hij heeft inmiddels zijn bas ingeruild voor een geweer om te vechten tegen de Russische barbaren. Balázs Pándi is drummer en journalist, hij toerde met Venetian Snares, Otto von Schirach, The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble en Zu, allemaal Free jazz. Free jazz inderdaad, maar wel die populair was in eind jaren ’60, begin ’70 en dus eigenlijk inmiddels min of meer duidelijk verjaard, maar blijkbaar niet bij deze musici uit Oost Europa. Mij klinkt het in de oren als een relikwie uit het verleden, in de tijd dat deze vorm van free jazz populair was, vooral in Nederland en Duitsland, ik was een fan en genoot vooral life van deze redelijk ontoegankelijke vorm van jazz. Maar om alsnog bezig te zijn met deze vorm van jazz in 2021, het jaar dat deze opnamen zijn gemaakt, komt mij toch een ietwat gekunsteld voor. Humor hebben ze wel als je naar de titels kijkt : when the bird is singing, short as a beaver, freshly born, smoked hot, predator sparrow etc. Eigenlijk is het een brok jeugdsentiment de muziek van dit quartet, natuurlijk wel spannend al die tegen elkaar opboksende geluiden zonder een spoor van melodie, maar het is niets nieuws, Art Ensemble of Chicago, Albert Ayler, Frank Wright, Cecil Taylor en veel anderen waren hier al vele jaren geleden mee bezig en beduidend interessanter. Kortom een beetje mosterd na de maaltijd deze muziek, pakweg 30 jaar geleden was ik hier wel enthousiaster over geweest, helaas nu niet. Jan van Leersum.
|